zaterdag 8 mei 2010

Mislukken = succes?

Comments (7)

Hans van Zeeland
Adviseur bij en mede-eigenaar van communicatieadviesbureau 'Open Deuren', Tilburg
See all Hans’s activity »
Follow Hans
Mislukken is gewoon mislukken. Sorry, ik kan het niet mooier maken. Iets anders is dat je van mislukkingen heel veel kunt leren. En weer iets anders is dat je niet kunt mislukken als je nooit wat probeert.

Mislukken is gemakkelijk te herkaderen tot iets positiefs. In de kern blijft het 'Jammer', 'Leuk geprobeerd' en 'Probeer het nog eens'.
Posted 1 day ago | Reply Privately

Henk Feenstra
Op zoek naar een uitdaging, waar ik mijn creativiteit in kwijt kan!
See all Henk’s activity »
Follow Henk
Dat klopt op zich wel. Mislukken=Mislukken maar is ook succes. Want uiteindelijk vind je wel een manier ergens op. En ik heb ook wel eens gehoord dat je altijd failliet moet gaan een keer voordat je heel erg succesvol wordt. Denk meer dat daar de onderliggende toon in zit van als je niet weet hoe diep het dal is dan weet je ook niet hoe hoog de heuvel is. (of zo iets :)).
Maar zoals Hans als zegt. Als je geen fouten maakt kom je ook niet verder.
Dus om een lang verhaal kort te maken. Na mislukken komt uiteindelijk succes :)
Posted 1 day ago | Reply Privately

Julie de Ruijter
Writer/ Blogger, Photographer, Student Social Psychology
See all Julie’s activity »
Uiteindelijk is mislukken succes, zolang je maar iets (positiefs) leert uit de 'mislukking', dat je vervolgens weer kan gebruiken voor je verdere (succesvolle) ontwikkeling. Dan is dat je succes. Als je denk ik niets leert of iets positiefs kan halen uit de 'mislukking' blijft het inderdaad een mislukking en kan het niet worden omgezet tot succes. Ik denk dat het per persoon verschilt hoe er met 'mislukken' omgegaan wordt.
Posted 1 day ago | Delete comment

Carmen Smallegange
Independent Professional Training & Coaching Professional
See all Carmen’s activity »
Follow Carmen
The person who doesn't make mistakes is unlikely to make anything
(Paul Arden)
Posted 1 day ago | Reply Privately

Eelko Vooijs
Informatiemanager at Reclassering Nederland / NLP coach / www.eelkovooijs.nl
See all Eelko’s activity »
Follow Eelko
mislukken = mislukken of mislukken = succes / feedback

Blijkbaar is het gelet op de reacties een keuze. En welke keuze bidt dan het meeste perspectief? Ik weet wel wat ik kies te geloven...

gr. Eelko
Posted 1 day ago | Reply Privately

Karin Reichrath
Owner Karin Reichrath Organisatie- en communicatieadvies, interimmanager KAM, P&O, connector
See all Karin’s activity »
Follow Karin
Maak van een mislukking de start van je volgende succes.
Posted 2 hours ago | Reply Privately

Ed Veldman
Dj-Entertainer / Master Networker / Organisator at PLM Entertainment & Events
See all Ed’s activity »
Follow Ed
Wanneer mislukken hetzelfde is als het maken van een grote fout of een reeks van fouten, dan kun je hiervan heel veel leren. Je zult niet meer dezelfde fouten maken en daardoor komt het succesmoment dichterbij. Maar dan moet je er wel voor gaan, anders betekent 'mislukking', einde verhaal.
Posted 27 minutes ago | Reply Privately

vrijdag 7 mei 2010

Als er een olifant over de dam is volgen er meer

4 mei. In alle haast vertrok ik bij degene waar ik snel een hap naar binnen had gepropt. Als een bliksemschicht passeerde ik vloekend hordes mensen die ook de koningin wilden bewonderen. ‘Waar was ik aan begonnen? Ik ga nooit naar de Dam!’, mopperde ik in mezelf. Ik wierp mijn fiets tegen de eerste de beste paal, pikte vriendinnen op en we galoppeerden op onze hakken naar de Dam. Het was iets voor acht en we stonden dus redelijk achteraan de massa. Op een enorm scherm konden we zien wat er voor ons zich afspeelde. Net een openluchtbioscoop.
20.00. Het Taptoesignaal. 2 minuten stil zijn was de bedoeling. Zoals altijd keek ik naar de grond en probeerde ik mij te concentreren in het moment.
Opeens steeg er een enorm irritant gegil uit de mensen massa op. Ik keek mijn vriendinnen aan en dacht: ‘wat een vervelende toeristen die de rust willen verstoren.’ Op dat moment vond ik mezelf weer vervelend dat ik ‘de toeristen’ weer de schuld moest geven, waarom niet gewoon mijn eigen medemens?’ We waren in ieder geval volledig uit onze concentratie. Het gegil steeg niet alleen op maar verspreidde zich ook in de lichamen van de mensen en veroorzaakte een golf rennende angstige olifanten. We werden overspoeld en meegetrokken. Doodsangst was van veel gezichten af te lezen. Vrouwen die om hun kinderen riepen, brillen die verloren waren in het gevecht met de angst en huilende geluiden vulden de straten. Terwijl ik een kogel of golf van explosie in mijn rug verwachtte baande ik me al duwend en moeilijk rennend op mijn hakken over de ‘kinderhoofdjes’ een weg naar een ‘veilige’ plek om dit te voorkomen. Ondertussen hoorde ik tussen de angstkreten door mensen roepen ‘rustig, rustig’. Ik moest gelijk denken aan vroeger wanneer we een brandoefening op school hadden, waarbij de belangrijkste regel was : ‘rustig blijven’. Uit eigen ervaring constateerde ik nu dat dit in ‘echte’ noodsituaties niet op ging en negeerde dit met vele anderen dus ook volkomen. Vanuit mijn ‘veilige’ plekje zag ik een vriendin in tranen tussen de massa verstijfd staan. Ik gebaarde hun naar het ‘veilige’ plekje en we waren weer herenigd. Trillend en in tranen keken we elkaar vragend aan. ‘Wat is er in G-naam aan de hand?’ Al snel werd duidelijk dat er niets ‘ernstigs’ aan de hand was, maar wat er dan wel was, was nog onduidelijk.
Een paar minuten stonden we daar ‘om het veilige hoekje’. Beduusd dropen we af via de Kalverstraat naar Frascati, waar nog een voorstelling op ons wachtte. Bezonken rood. De Dam wilde we die avond niet meer betreden. En ik beloofde mezelf plechtig dat dit de eerste en laatste keer Dam op 4 mei was. In de wandeling naar de Nes werden we geconfronteerd met tientallen mensen die bebloed, verzwikt of flauwgevallen waren. Unaniem besloten we dat alcohol het enige was wat ons weer een beetje zou kunnen vullen met positiviteit en ontspanning. Dus zo gezegd zo gedaan, zaten we ongeduldig en veel te snel te slurpen uit onze wijnglazen. Maar om te zeggen dat het hielp. Nee.
De voorstelling begon, mooi was het, maar wel een nog zwaardere stempel op de al zware avond. Daarna was slapen het enige wat ik nog wilde. Dus dat deed ik.
5 mei. 7.30, de wekker. Ik draaide me op mijn rug en staarde even in het donder van de ochtend. Een kater. Niet van de alcohol, want deze had niet rijkelijk gevloeid, maar was beperkt gebleven tot een glas. Nee, het was een doffe, onbestemde kater. Een vreemd gevoel. Ik schoof mijn bed uit en bekeek mijn vermoeide lichaam in de spiegel. Een enorme blauwe plek had zich gevormd op mijn kuit. Ik zette het nieuws aan en smeerde een boterham met pindakaas. Al snel werd het duidelijk dat hetgeen wat gister de verpletterende olifanten massa veroorzaakte een schreeuwende man was verkleed in een Joods Orthodoxe kostuum. Jaren geleden zou dit niet tot deze enorme paniekreactie hebben geleid. Dat is het enge, dat er zoveel angst in de mens zit door de ‘stille’ oorlog die er gevoerd wordt waarvan we de helft niet eens weten. Met deze nare naakte waarheid vervolgde ik mijn weg naar de douche en uiteindelijk op mijn stalen ros naar mijn werk om mijn dag in ‘vrijheid’ te beginnen.

maandag 3 mei 2010

StrooiKaas


Er waren geen gordijnen. Zonnestralen probeerden een weg te vinden door de viezigheid op de zolderramen en bereikten uiteindelijk haar gezicht. Zij werd wakker, opende haar ogen, draaide op haar rug en bleef staren naar de stofdeeltjes die geaccentueerd werden door het troebele licht. Een uur lag ze daar. Naakt. De andere helft van het bed was leeg, maar wel beslapen. Ze moest eruit en op een of andere manier aan haar dag beginnen. Ze ging op de rand van het bed zitten, trok een t-shirt aan en stond op. Haar hoofd bonkte op het ritme van haar hart. Ze struikelde over de berg vieze en schone kleding die zo hoog was als haar enkels. Een douche nam ze. Druipend van het water stond ze weer voor die berg om een schone handdoek te vinden. Ze koos de handdoek die nog een beetje schoon rook en leek. Gewikkeld in de handdoek trotseerde ze de trap naar beneden die bezaaid lag met sokken, petjes en meer. Ze baande zich een weg naar de keuken, waar het stonk naar de penetrante lucht van strooikaas. De afwas was in geen maanden gedaan. Ze kookte water in een steelpannetje en zocht naar iets te eten. Een halfzachte cracker met leverworst uit een blikje werd het en een kop goedkope smakeloze te sterke earl grey thee. Ze zette het raam open, veegde wat as van de bank en ging in de zon zitten. De zon verwarmde haar lichaam en ze vulde haar longen met frisse lucht. Daar zat ze, even. Het was een nieuwe dag, een dag van niet weten wat ze moest doen, maar toch maar ergens aan begon. Ze sprak zich moed in, stond op en trotseerde dezelfde weg weer naar boven. Dit keer bonkte haar hoofd op het ritme van haar voetstappen op de treden. Ze zocht haar kleren in de berg. Schoof haar lichaam in de jurk met een grote rode wijn vlek, propte haar voeten in haar cowboy laarzen en trotseerde voor de laatste keer de trap naar beneden. Ze trok de deur achter haar dicht en liet de strooikaas, stoffigheid en de afgelopen maanden achter haar. Ze stapte de wereld weer in. Ze begon aan een nieuwe wandeling.

zondag 2 mei 2010

Interessant, strand


Doodmoe waren we en besloten om ons deze dag innig te laten omhelzen door de zon. In de auto naar mijn tweede thuis: Wijk aan Zee. We drapeerden ons zo comfortabel mogelijk in de richting van de zon en sloten onze ogen. Even niet praten. Het opladen kon beginnen. Al snel merkten we dat we niet de enigen waren die in een innige omhelzing waren met de zon. Steeds meer mensen drapeerden zich om ons heen. Alleen het verschil was dat zij niet besloten om hun ogen te sluiten en in alle rust te genieten. Nee, zij besloten om eens 'bij te kletsen' en te praten over de 'belangrijkere' dingen in het leven.

'He, nou ik had je helemaal niet gezien, maar leuk dat ik je nu toch zie.'
'Bert, dit is Linda die na haar heupoperatie ook nog trombose kreeg.'
'Hoe is het met je kunst, Linda?' 'Je maakt toch kunst van hout wat je op het strand vindt?'
'Ja, gaat heel goed, we hebben nu ook een website.'
'Heel leuk, je moest je natuurlijk wel bezig houden terwijl je stil moest zitten na je operatie.'
'Ja, mijn leven is inderdaad totaal veranderd.'
'En ik zie dat je nu ook weer wat hout hebt gevonden?' 'Lekker bezig hoor Lin.' 'Wat maak je er eigenllijk van?'
'Ja van alles, alleen soms is de inspiratie weg.'
'Dat is vervelend.' 'Heb een tip voor je Lin: gewoon als je 's avonds koffie drinkt met Ron, moet je gewoon een stuk hout of een paar stukken, voor jullie neerleggen en er naar kijken. Dan heb je het erover en dan komt de inspiratie vanzelf.'
'Daar heb ik nog niet aan gedacht, bedankt.'
'Over trombose gesproken, je gelooft het nooit Lin, een zoon van een vrouwtje die ik ken die had dat ook na een hele kleine ingreep.'
'O, vertel.'
'Wil je het echt weten?'
'Ja.'
'Nou daar komt het: hij liet zich dus helpen aan zijn voorhuidje en toen schoot er zo een bloedpropje naar zijn long.' 'Dat is toch niet normaal, Lin?'
'Zo, erg zeg, jemig.'
'Kom er anders even gezellig bij zitten, Lin.'
'Bert, haal jij nog even wat bierenkindjes voor ons?'

We keken elkaar aan en zonder nog steeds iets te zeggen, spraken onze blikken boekdelen en we hebben ongeveer een half uur liggen schuddebuiken op onze fatboy. Ik haalde voor ons ook twee bierenkindjes en proosten in stilde op het geweldige leven.

Versieren

'Kan je even stoppen?' Er stond opeens een leukerd voor me wild te gebaren. Ik stapte van mijn fiets af, haalde mijn koptelefoon van mijn oren en vroeg wat er was. 'Ben jij misschien mijn prins?', vroeg ik me stilletje af. 'Kan je even helpen verhuizen?', vroeg de leukerd. Ik keek hem verbaasd aan. 'Waarom?', vroeg ik de leukerd. 'Nou gewoon, kan je niet even een uurtje helpen?', vroeg hij weer. 'Nee, sorry, ik kan niet, ik heb een afspraak', antwoordde ik. 'Met wie heb jij een afspraak?', vroeg hij door. 'Gewoon met een vriendin', antwoordde ik hem weer. 'Kan je echt niet even helpen', bleef de, ondertussen steeds minder leuke, jongen vragen. Ik constateerde dat mijn muziek uit mijn koptelefoon beter klonk dan de drammende stem van de ondertussen irritant geworden jongen. Ik zei dat ik nu echt moest gaan, wachtte zijn antwoord niet af en vluchtte het rumoer van het Amsterdamse leven weer in. Op de achtergrond hoorde ik nog dat hij me nariep: 'Kan je echt niet een uurtje?' Ik stak mijn middelvinger op in mijn zak.
Terwijl ik in een vluchtig tempo wegtrapte, probeerde ik deze vreemde ontmoeting te analyseren. 'Hoe kan hij nou denken dat ik überhaupt capabel ben om in een uur tijd alles te verhuizen?' 'Heeft hij mijn dunne spierloze lichaam niet gezien?' 'Wilde hij gewoon aandacht?' of 'Was dit gewoon een hele slechte versiertruc?' Ik hield het maar op het laatste.